Is onderhoud van noodverlichting verplicht in een leegstaand pand?
Wij krijgen vaak vragen over in hoeverre veiligheidsmaatregelen rondom noodverlichting gevolgd moeten worden in verschillende omstandigheden.
Hierbij vormen risico’s het uitgangspunt. Als er risico’s zijn dan moeten er adequate maatregelen worden genomen. Hierbij kan je denken aan het bij de hand hebben van blusmiddelen, de aanwezigheid van een brandmeldinstallatie en van functionerende noodverlichting. Het zijn allemaal zaken die in de wet vastgelegd zijn. Maar is het ook noodzakelijk dat deze veiligheidsmaatregelen met betrekking tot het onderhouden van noodverlichting worden nageleefd indien het een leegstaand pand betreft?
Wetgever
De wet bepaalt de minimumeisen waaraan een gebouw moet voldoen en legt de verantwoordelijkheid neer bij de eigenaar en/of gebruiker van het pand. Vanuit het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl), voorheen het Bouwbesluit, kan noodverlichting verplicht worden gesteld, als dat het geval is moet deze ook juist worden onderhouden. De eigenaar/gebruiker is verantwoordelijk voor het goed en veilig gebruik van het gebouw, en hij/zij heeft in het kader van de Arbowet tevens een wettelijke verantwoordelijkheid voor de veiligheid en gezondheid van werknemers en andere aanwezigen. In het Bouwbesluit, artikel 1.16 lid 1 wordt bovendien aangegeven dat een installatie altijd moet functioneren en adequaat moet worden beheerd, onderhouden en gecontroleerd.
Incidenteel gebruik
Het feit dat een pand leegstaat, wil nog niet zeggen dat het pand helemaal niet meer gebruikt wordt. Ook als het incidenteel is, bijvoorbeeld voor de tussenopslag van goederen, dan blijft het in de zin van de wetgever noodzakelijk dat alle veiligheidsmaatregelen in orde zijn. De noodverlichtingsinstallatie moet dus functioneren en er moet op tijd onderhoud gepleegd worden. Algemeen kan gesteld worden dat de installaties aan de geldende NEN-normen moeten voldoen zolang het pand aangesloten is op de nutsvoorzieningen.
Verzekering
Bij leegstand zijn ook de verzekeraars partij. Voor verzekeraars geldt een ander, vaak zelfs een hoger risico bij leegstand. Iedere verzekeraar voert zijn eigen beleid als het gaat om uitsluitingen, eisen en voorwaarden bij het verzekeren van leegstaande panden. De verantwoordelijkheid van controle van het leegstaande pand is soms zelfs opgenomen als clausule in de polis. De verzekeringnemer moet dan aantoonbaar kunnen maken dat en hoe hij die controle uitvoert. En als er controles of (herstel-)werkzaamheden uitgevoerd worden dan geldt weer de Arbowet omdat de werkgever moet zorgen voor de veiligheid van de werknemers.
Op de hoogte blijven van alles over noodverlichting?
Meld je hier aan voor de nieuwsbrief.